Letsels door slijtage

Partiële polsarthrodese

Een pols artrodese of pols fusie wordt uitgevoerd indien het polsgewricht door uitgesproken artrose is aangetast.

Diagnose

Artrose is het verdwijnen van het kraakbeen in een gewricht en gaat meest al gepaard met pijn en bewegingsbeperking. Artrose kan verscheidene oorzaken hebben, waaronder natuurlijke slijtage en trauma de voornaamste zijn. Een pols artrodese of pols fusie wordt uitgevoerd indien het polsgewricht door uitgesproken artrose is aangetast. De procedure wordt enkel uitgevoerd indien geen enkele andere ingreep meer van toepassing is. De polsfunctie wordt sterk gelimiteerd door het vastzetten het polsgewricht, draaibewegingen in de arm blijven mogelijk. Hieronder worden de types pols fusies besproken.

Radiocarpale fusie


Fusie van lunatum aan radius (Chamay) : radiolunate fusie

Indicatie

  1. Gelokaliseerde artrose bij RA patiënt of na die-punch polsfractuur
  2. Instabiliteit van de proximale rij
  3. Gefaald herstel van het scapholunair ligament

Wat te verwachten

  1. Permanent verlies van 50 % beweging
  2. Volledig herstel kan tot 9 à 12 maanden duren
  3. Niet alle pijn zal weg zijn

Fusie van scaphoid en lunatum aan radius : radi oscapholunate fusie

Indicatie : destructie van de proximale rij zoals bij :

  1. Trauma (bv gefaald herstel van SL ligament)
  2. Chondrolyse
  3. Infectie
  4. Inflammatoire artritis

Resultaat?

  1. Permanent verlies van 50% beweging (behoud van 70% van flexie-extensie)
  2. Volledig herstel kan tot 9 à 12 maanden duren
  3. Niet alle pijn zal weg zijn
  4. 30% nonunion

Intercarpale fusie


Scapho-trapezo-trapezoid fusie

Indicatie

  1. STT artritis
  2. Dynamische of statische radioscaphoid subluxatie
  3. Nonunion van het scaphoid
  4. Kienbock
  5. SL dissociatie
  6. Midcarpale artritis

Resultaat

  1. Permanent verlies van 50% beweging (behoud van 70% van flexie-extensie)
  2. Volledig herstel kan tot 9 à 12 maanden duren
  3. Niet alle pijn zal weg zijn
  4. 20% nonunion

 

Scapho-capitate fusie

Indicatie

  1. Dynamische of rotatoire subluxatie van het scaphoid
  2. Nonunion van het scaphoid
  3. Kienbock
  4. Midcarpale instabiliteit

Resultaat

  1. 50% beweging tov tegenovergestelde zijde en 80% van de kracht

Scaphoid resectie en fusie van capitatum-lunatum-triquetrum-hamatum (four corner fusie)

Indicatie

  1. SLAC pols (III) (ongeacht de onderliggende pathologie: scheur SL, scaphoid nonunion …) omdat het radiolunaire gewricht doorgaans gespaard blijft.
  2. Chronische dynamische carpale instabiliteit
  3. Chronische perilunaire instabiliteit
  4. Non-dissociatieve carpale instabiliteit

Postoperatief

  1. Doorgaans 6 weken een polsgips. Hoe steviger de fixatie hoe minder lang gipsimmobilisatie nodig is.

Mogelijke complicaties

  1. Dorsaal impingment 4,5%
  2. Sudeck 3%
  3. Nonunion 2%
  4. Diepe infectie 0,5%
  5. De Quervain 0,5%
  6. Falen van de ingreep 2%

Resultaat

50% beweging van de andere pols (doorgaans 30-35° buigen en 40° strekken). Goede pijnverlichting in 90% en de kracht is 80% van de andere hand.

Luno-triquetrum fusie

In geval van een pijnlijke fibrostose (fibreuze (niet-beenderige) aangeboren vergroeiing) of een dissociatieve instabiliteit tussen lunatum en triquetrum door een ligamentair letsel.