SST artrose is een veel voorkomende slijtage aan de basis van de duim tussen 3 handwortelbeentjes (het scheepsbeen of scaphoid, het trapezium en het trapezoid (= stt).
Voorkomen
SST artritis komt veel voor, en wordt gezien in 40% van de pols rontgenopnames. Het is typisch van degeneratieve aard (slijtage) en geeft vooral polspijn aan de duimzijde van de pols en de basis van de duim bij patiënten boven 50 jaar. Dit gaat vaak gepaard met arthrose van het cmc gewricht
Oorzaak van de slijtage?
In het STT gewricht is het vooral het scaphoid dat beweegt. Bij radiaire deviatie van de pols (brengen van de pols naar de duim toe) plooit het scaphoid, daar waar het strekt als we de pols naar de pinkzijde (ulnaire deviatie) bewegen. Door normale veroudering verdunt het kraakbeen dat het gewricht bedekt, brokkelt het af waardoor het gewricht ontstoken raakt en pijnlijk wordt. Als dit proces voortschrijdt schuurt uiteindelijk bot op bot.
Ook ligamentaire letsels kunnen ertoe bijdragen dat er meer beweging zit in dit gewricht waardoor dit meer onderhevig wordt aan vervroegde slijtage.
Behandeling
Afhankelijk van de ernst van uw klachten zijn er verschillende behandelingen mogelijk. Uiteraard proberen we steeds eerst conservatief te zijn en een operatie zo ver als mogelijk uit (tot af) te stellen:
- ontstekingsremmende en pijnstillende medicijnen
- afneembare spalk
- injectie met ontstekingsremmende corticosteroïden
Heeft u hier geen of onvoldoende baat bij, of recidiveren de klachten te snel? Op zich blijft de behandeling hiervan moeilijk, met verschillende mogelijkheden die elk hun voor-en nadelen hebben. Welke ingreep juist voor u het beste is, kan in overleg met uw handchirurg worden overwogen:
- resectie-artroplastiek: het oppervlak van het gewricht wordt verwijderd (open of artrhoscopisch) en al dan niet opgevuld met peesweefsel.
- Interpositie-astroplastiek : ook hier wordt een zeer beperkt stukje van het gewricht gereseceerd waarna een pyrocarbon tussenstukje in het gewricht wordt geplaatst.
- artrodese: het versleten gewricht wordt volledig ontdaan van resterend kraakbeen en vastgezet (al dan niet met interpositie van bekkenkamgreffe).
